"Check This Out!" door Kees van Hogeloon

SV Eeuwig Schaak blikt terug

Lekker offeren op h6

De zet h7-h6 vroeg in de partij soms goed, soms helemaal niet goed. Vuistregel is dat je h6 moet spelen als het absoluut noodzakelijk is om het veld g5 te controleren, zo niet dan moet je het nalaten. Dan is h6 tegelijkerijd tempoverlies als een verzwakking van de koningsstelling. Het loperoffer op h6 is, vooral in openingen die tot de Open Spelen behoren, een klassiek thema in de schaaksport. Sommigen weten al, als ze zwart h6 zien spelen, dat ze zowiezo gaan offeren op h6. (Even tussendoor: het hierboven vertelde geldt natuurlijk ook voor h3, aan de witte kant. Maar het voorbeeld wat volgt gaat over een offer op h6. Bovendien komt het offer op h6 vanwege wits voordeel van de voorzet iets vaker voor dan een offer op h3.) Erik Lazeroms (jawel: de zoon van...) was zo’n fervent liefhebber van het loperoffer op h6. Dat blijkt ook wel uit de volgende partij, tussen Erik Lazeroms met wit en Edwin Romijn (spelend voor Unk uit Zevenbergen) met zwart. De partij werd gespeeld op 29 oktober 1988.

1. e2-e4, e7-e5
2. Pg1-f3, Pb8-c6
3. Lf1-c4, Pg8-f6
4. Pb1-c3, Lf8-c5
5. d2-d3, o-o
6. Lc1-d2, d7-d6
7. Dd1-c1, h7-h6

Erik Lazeroms twijfelt geen moment. Hij kan 2 pionnen terugkrijgen voor zijn loper, dus dat is simpel: offeren maar!

8. Ld2xh6?!, g7xh6
9. Dc1xh6 (zie diagram)

Op het eerste gezicht ziet het er goed uit voor Erik. Het paard op f3 kan de dame komen helpen, Lc4 staat op de konigsstelling gericht en eventueel kunnen de pionnen op g2 en h2 naar voren stormen. Maar zwart zal de witte opzet snel compleet te verstoren.

9...., Pf6-g4!

Zwart valt zowel de dame aan als de pion op f2. Nu al blijkt dat slaan op h6 achteraf gezien toch niet goed was deze keer.

10. Dh6-h5, Lc5xf2+
11. Ke1-e2, Lf2-e3!

Dekt het veld g5 en verijdelt daar wits snode plannen. Wit heeft maar bitter weinig compensatie meer voor zijn geofferde stuk.

12.Th1-f1, Lc8-e6? (zie diagram)

Zwart geeft zijn voordeel op wat knullige manier uit handen. De loper op c8 dekt het paard op g4, die op zijn beurt weer de loper op d3 dekt. Nu wit die loper kan ruilen kost zwart dat simpelweg een stuk. Erik Lazeroms slaagt er in de komende zetten bovendien in een hoop stukken af te ruilen en een pionnetje mee te pakken, zodat hij weldra straal gewonnen staat.

13. Lc4xe6, Pc6-d4+
14. Pf3xd4, e5xd4
15. Dh5xg4+, Dd8-g5
16. Dg4xg5+, Le3xg5
17. Le6xf7+, Tf8xf7
18. Tf1xf7, Kg8xf7
19. Pc3-d1, ....

En Erik is in het eindspel aanbeland met 2 schitterende vrijpionnen op de koningsvleugel. Hij zou de partij dan ook verder probleemloos winnen.

Dit stukje verscheen op woensdag 14 juni 2000 in Weekblad De Rucphense Bode.

"Check This Out!" Archief